Ademsteun is de juiste balans vinden tussen ademstroom en ademdruk.
Een van de meest voorkomende vragen in de proefles is: hoe zit het nu met de ademsteun?
- ik heb adem tekort tijdens het zingen, hoe komt dat?
- ik doe iets niet goed met mijn adem, maar wat?
- ik kan alleen maar zacht zingen, ligt dat aan mijn adem?

"Wil je meer weten over welke ademdruk/ademstroom een bepaalde klank nodig heeft, vul dan hiernaast je voornaam en email adres in (of hieronder als je dit op je smartphone leest), dan krijg je toegang tot het schema basissounds en de uitleg over welke ademdruk/ademstroom bij welke klank hoort. Dit inzicht gaf mij zoveel verheldering, dat ik deze informatie graag met jou deel."
Als een leerling dan gaat zingen, blijkt vaak dat het ventiel (de stembanden) niet doet wat ie doen moet voor het produceren van het gewenste geluid. Dit heeft niks te maken met ademsteun, maar alles met de bron waar het geluid gemaakt wordt. Namelijk de stembanden. Op het moment dat je een harde klank wilt maken en je sluit de stembanden niet goed, dan kun je steunen wat je wilt, maar er zal niks veranderen. Mits je zorgt dat je stembanden gaan sluiten in de massa die jij wilt!
Dan komt ook ineens de ademstroom en ademdruk in balans. De klank wordt harder en het voelt makkelijk om hard te zingen!!
Sinds mijn laatste EVT cursus van Alberto ter Doest (Universal Voice Institute) en Marja Reinders (techniek docent conservatorium Enschede), is het ademsteun verhaal mij helemaal duidelijk geworden.
HOE LUIDER DE KLANK, DES TE MEER ADEMDRUK, DES TE MINDER ADEMSTROOM!
HOE ZACHTER DE KLANK, DES TE MINDER ADEMDRUK, DES TE MEER ADEMSTROOM!
Dit zijn de basis principes. Het komt er op neer, dat als je gecontroleerd wil leren zingen, je moet gaan snappen en voelen hoe de verhouding ademstroom/ademdruk werkt.